[9g.2] Begripsomschrijvingen
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
a. transitie levenslooptegoed: de transitie van de bruto levenslooptegoeden bedoeld in artikel 9e:2 zoals dat artikel luidde op 31 december 2021, leden drie, vier en vijf, in de kalenderjaren 2019, 2020 en 2021 van de ambtenaar die het LOGA-pad volgt;
b. versneld sparen levensloop: de extra werkgeversbijdrage levensloop, bedoeld in artikel 9e:14 zoals dat artikel luidde op 31 december 2021;
c. FLO-functie; de functie waaruit de ambtenaar aanspraak ontleent aan het FLO-overgangsrecht, bedoeld in hoofdstuk 9f zoals dat artikel luidde op 30 september 2023;
d. toeslag; de toeslag, bedoeld in artikel 9g:4;
e. toeslagpartner; de persoon of personen waarvan het inkomen meetelt ter bepaling van de hoogte van de toeslag;
f. LOGA-pad; het LOGA-pad, bedoeld in artikel 9e:2 zoals dat artikel luidde op 31 december 2021, tweede lid;
g. nadeel; het financiële nadeel dat de ambtenaar heeft als gevolg van de transitie van de levenslooptegoeden of de betaling van het versneld spaarbedrag levensloop, ongeacht het jaar waarin de ambtenaar dit heeft;
h. voordeel; het financiële voordeel dat de ambtenaar ondervindt als gevolg van de transitie van de levenslooptegoeden of de betaling van het versneld spaarbedrag levensloop
i. rekentool: het door Deloitte ontwikkelde VNG-rekenmodel inkomstenbelasting;
j. drempelbedrag: 0,5 % van het inkomen;
k. inkomen: het verzamelinkomen aanslag inkomstenbelasting of het toetsingsinkomen op basis waarvan de aanspraak op een toeslag wordt beoordeeld zonder de bedragen transitie levenslooptegoed en het versneld sparen levensloop;
l. neveninkomsten: inkomsten uit of in verband met arbeid niet zijnde de inkomsten uit de FLO-functie;
m. middelen: de regeling van de Belastingdienst om mensen met een wisselend inkomen tegemoet te komen.
briefnummer: U202100397,lbr. 22-04 LOAV 22-02 en Lbr. 23/11 LOAV 23/05